Wet op de omzetbelasting 1968 art. ( tekst 2015)
I behorende bij de Wet op de omzetbelasting 1968
    Verlaagd tarief, goederen
  • a.
    • 1. voedingsmiddelen, te weten:
      • a. eet- en drinkwaren die plegen te worden aangewend voor menselijke consumptie;
      • b. produkten die kennelijk zijn bestemd om te worden aangewend voor de bereiding van de onder a bedoelde eet- en drinkwaren en daarin geheel of ten dele opgaan;
      • c. produkten die zijn bestemd om te worden aangewend als aanvulling op dan wel ter vervanging van de onder a bedoelde eet- en drinkwaren; met dien verstande dat tot de voedingsmiddelen niet worden gerekend alcoholhoudende dranken;
    • 2. granen en peulvruchten, die niet zijn te rangschikken onder post 1;
    • 3. pootgoed bestemd voor de teelt van groenten en fruit;
    • 4.
      • a. rundvee, schapen, geiten en varkens;
      • b. andere dan de onder a vallende dieren die kennelijk zijn bestemd voor de voortbrenging of de productie van de in post 1 bedoelde voedingsmiddelen of die kennelijk zijn bestemd voor gebruik in de landbouw, alsmede dieren die kennelijk zijn bestemd voor het fokken van die dieren;
      • c. slachtafvallen van de onder a en b vallende dieren;
      • d. goederen die kennelijk zijn bestemd voor de voortplanting van de onder a en b vallende dieren;
    • 5. broedeieren voor pluimvee;
    • 6. geneesmiddelen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Geneesmiddelenwet, voorbehoedsmiddelen, infusievloeistoffen, alsmede kennelijk voor geneeskundige doeleinden bestemde inhalatiegassen;
    • 7. diergeneesmiddelen als zijn bedoeld in de Wet dieren, met uitzondering van diergeneesmiddelen voor in vitro gebruik;
    • 8. verbandmiddelen zoals watten, windsels, gaas, hechtmiddelen, pleisters, tampons, spalken en daarmee gelijk te stellen artikelen die kennelijk zijn bestemd voor geneeskundige doeleinden, alsmede gevulde verbanddozen, damesverband, kraammatrassen en incontinentiematerialen;
    • 9. vervallen;
    • 10. vervallen;
    • 11. vervallen;
    • 12. vervallen;
    • 13. vervallen;
    • 14. vervallen;
    • 15. vervallen;
    • 16. vervallen;
    • 17. vervallen;
    • 18. vervallen;
    • 19. vervallen;
    • 20. vervallen;
    • 21. vervallen;
    • 22. vervallen;
    • 23. vervallen;
    • 24. vervallen;
    • 25. vervallen;
    • 26. vervallen;
    • 27. vervallen;
    • 28. water;
    • 29.
      • a. kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten, voor zover deze worden ingevoerd;
      • b. kunstvoorwerpen voor zover deze worden geleverd door:
        • 1°. de maker of diens rechtverkrijgende onder algemene titel; of
        • 2°. een ondernemer, andere dan een wederverkoper, die ingevolge artikel 15, eerste lid , de belasting ter zake van zijn verkrijging volledig in aftrek brengt;
    • 30. boeken, met inbegrip van alle andere dan papieren fysieke dragers waarop de inhoud van een boek is aangebracht; digitale educatieve informatie die is aangebracht op fysieke dragers en die kennelijk uitsluitend of nagenoeg uitsluitend is bestemd voor informatieoverdracht in het onderwijs; dagbladen, weekbladen, tijdschriften en andere tenminste driemaal per jaar periodiek verschijnende uitgaven;
    • 31. braille-papier, braille-folie, braille-drukwerk, braille-schrijfmachines, braille-handschrijfhulpmiddelen en dergelijke braille-artikelen; uurwerken, optische leesapparaten, t.v.-leesloepen, leesplateaus, oriëntatie-hulpmiddelen, steun-, tast- en herkenningsstokken speciaal ontworpen voor persoonlijk gebruik door blinden en slechtzienden; blindengeleidehonden; andere bij ministeriële regeling aan te wijzen hulpmiddelen die speciaal zijn ontworpen dan wel bestemd voor het exclusieve en persoonlijke gebruik door blinden en slechtzienden; leespennen en andere apparatuur met een vergelijkbare functie, alsmede programmatuur, die speciaal zijn ontworpen voor gebruik door dyslectici;
    • 32. gas en minerale olie voor verwarming ter bevordering van het groeiproces van tuinbouwprodukten. Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld inzake de toepassing van deze post;
    • 33. vervallen;
    • 34. invalidewagentjes en invalidekrukken; sta-opstoelen; hooglaagbedden;
    • 35. kunstledematen, te weten: arm-, hand-, been- en voetprothesen; hulpmiddelen die speciaal zijn ontworpen voor het overnemen van de fixatiefunctie van een niet of slecht functionerende hand; beenbeugels, breukbanden en kunstgewrichten; kunstogen, -oren en -nieren; aangezichts-, borst-, neus- en larynxprothesen; chirurgische inplanteringsprothesen; hart- en spierstimulatoren; gehoorapparaten en andere bij ministeriële regeling aan te wijzen hulpmiddelen die speciaal zijn ontworpen dan wel bestemd voor het exclusieve en persoonlijke gebruik door doven en slechthorenden; oorapparaten tegen stotteren; hulpmiddelen voor stomapatiënten; orthopedisch schoeisel; hulpmiddelen die speciaal zijn ontworpen voor het uittrekken van therapeutisch elastische steunkousen; orthopedische maatkorsetten; delen, onderdelen en toebehoren, kennelijk bestemd voor de hiervoor genoemde goederen;
    • 36.
      • a. hulpmiddelen die plegen te worden aangewend voor het onderhuids toedienen van insuline met uitzondering van spuiten en naalden die kennelijk mede voor andere doeleinden zijn geschikt;
      • b. hulpmiddelen die plegen te worden aangewend bij de zelfdiagnose van het bloedsuikergehalte;
    • 37. meetapparatuur en toebehoren voor de zelfdiagnose van de stollingstijd van bloed; medicijnvernevelaars; katheters; urinezakken; allergeenvrije hoezen; antidecubitusmatrassen; draagbare uitwendige infuuspompen; zuurstofconcentratoren met toebehoren, alsmede speciaal voor persoonlijk mobiel gebruik ontworpen wagentjes en draagbanden of -tassen voor een zuurstofcilinder of een zuurstofvat; computermuis-software, al dan niet langs elektronische weg geleverd, die speciaal is ontwikkeld voor gebruikers met een tremor;
    • 38. vervallen;
    • 39. vervallen;
    • 40. beetwortelen;
    • 41. land- en tuinbouwzaden voor zover dienende voor de teelt van de in deze tabel genoemde produkten en oliehoudende zaden;
    • 42. vervallen;
    • 43. rondhout;
    • 44. stro en veevoeders;
    • 45. vlas;
    • 46. wol, ruw en ongewassen;
    • 47. vervallen;
    • 48. sierteeltprodukten, te weten: bloembollen, bloemen, planten en boomkwekerijprodukten;
    • 49. vervallen;
    • 50. vervallen;
  • Diensten
  • b.
    • 1. het herstellen van de in de posten a 31 en a 34 tot en met a 37 bedoelde goederen;
    • 2. de verhuur van de in de post a 30 bedoelde goederen;
    • 3. het geven van gelegenheid tot sportbeoefening en baden;
    • 4. het herstellen van fietsen;
    • 5. het herstellen van schoeisel en lederwaren;
    • 6. het herstellen en vermaken van kleding en huishoudlinnen;
    • 7. de diensten die door kappers als zodanig worden verricht;
    • 8. het schilderen en stukadoren van woningen na meer dan twee jaren na het tijdstip van eerste ingebruikneming;
    • 9. Het vervoer van personen per schip, het vervoer van personen, bedoeld in artikel 1, onderdelen h, i, en j, van de Wet personenvervoer 2000, het vervoer met auto’s voor de uitvoering van trouwerijen, begrafenissen en crematies daaronder begrepen, taxivervoer van personen over de weg anders dan per auto, en het vervoer van personen met luchtvaartuigen indien de plaats van vertrek en de plaats van bestemming in Nederland zijn gelegen voor zover dat vervoer geschiedt met ballonnen of met luchtvaartuigen die zijn ingericht voor het vervoer van zieken of gewonden;
    • 10. het geven van gelegenheid tot kamperen binnen het kader van het kamp- en vakantiebestedingsbedrijf aan personen die daar slechts voor een korte periode verblijf houden;
    • 11. het verstrekken van logies binnen het kader van het hotel-, pension- en vakantiebestedingsbedrijf aan personen die daar slechts voor een korte periode verblijf houden;
    • 12. het verstrekken van voedingsmiddelen als bedoeld in post a 1, voor gebruik ter plaatse binnen het kader van het hotel-, café-, restaurant-, pension- en aanverwant bedrijf;
    • 13. de volgende diensten aan landbouwers, veehouders, tuinbouwers en bosbouwers:
      • a. de diensten door agrarische loonbedrijven;
      • b. de diensten door fokinstellingen, instellingen voor keuring en onderzoek en instellingen voor kunstmatige inseminatie, embryotransplantatie daaronder begrepen;
      • c. de diensten door boekhoud- en belastingadviesbureaus;
      • d. het bewaren, drogen, koelen, ontsmetten, schonen, sorteren en verpakken van goederen welke de in de aanhef bedoelde personen in hun vermelde hoedanigheid hebben voortgebracht of geteeld, alsmede het vervoer van die goederen naar veilingen;
    • 14. het verlenen van toegang tot:
      • a. circussen;
      • b. dierentuinen;
      • c. openbare musea of verzamelingen, daaronder begrepen nauw daarmee samenhangende leveringen van goederen, zoals catalogi, foto’s en fotokopieën;
      • d. muziekuitvoeringen en toneeluitvoeringen, daaronder begrepen opera's, operettes, dansen, pantomimes, revues, musicals en cabarets, alsmede lezingen, met uitzondering van peepshows en andere optredens die primair zijn gericht op erotisch vermaak;
      • e. bioscopen;
      • f. sportwedstrijden, sportdemonstraties en dergelijke;
      • g. attractieparken, speel- en siertuinen, en andere dergelijke primair en permanent voor vermaak en dagrecreatie ingerichte voorzieningen;
    • 15. de diensten van exploitanten van reizende inrichtingen voor vermaak op kermissen;
    • 16. de oplevering van roerende zaken als bedoeld in onderdeel a door degene die de zaken heeft vervaardigd;
    • 17. het optreden door uitvoerende kunstenaars;
    • 18. het vervoer van gas dat valt onder de toepassing van post a 32. Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld inzake de toepassing van deze post;
    • 19. het aanbrengen van op energiebesparing gericht isolatiemateriaal aan vloeren, muren en daken van woningen na meer dan twee jaren na het tijdstip van eerste ingebruikneming, met uitzondering van materialen die een deel vertegenwoordigen van de waarde van deze diensten;
    • 20. het verrichten van schoonmaakwerkzaamheden binnen woningen;
    • 21. renovatie en herstel van woningen na meer dan twee jaren na het tijdstip van eerste ingebruikneming van die woningen, met uitzondering van materialen die een deel vertegenwoordigen van de waarde van deze diensten.